foto-links

raamdom-gr

Tempeldichten uit Tirupati

Zondag houdt Annewieke Vroom de overweging over hindoe devotie voor de persoonlijk en onpersoonlijke God. Gelezen wordt psalm 97 en enkele lofdichten van Annamayya klinken. Enkele hindoes zijn vandaag te gast en worden hartelijk welkom geheten.

‘Beschaamd staan zij die beelden aanbidden en zich beroemen op god van niets. Voor Hem moeten alle goden zich buigen’, horen we in psalm 97. Treffen we die Levende God ook in een oude hindoe-traditie van Zuid-India? We leven vandaag gedichten van de vijftiende eeuwse Tallapaka Annamayya, die volgens de legende dagelijks een gedicht schreef voor Venkatesvara-Vishnu. Deze ‘God van de berg’ is een lokale verbeelding van Vishnu, een van de drie gezichten van God in de hindoe-traditie: de Schepper (Brahma), de instandhouder (Vishnu) en de vernietiger (Siva). Dertienduizend van zijn padam, ‘lofdichten’ zijn bewaard gebleven in de lokale taal, het Telegu, in koperen platen gekrast. Zij kenmerken zich door simpele taal en gaan over het wisselspel tussen verlangen naar en vervulling door de godheid, die afwisselend persoonlijk en onpersoonlijk verbeeld wordt.

Tempeldichten uit Tirupati – Annamayya

kan ik jou ooit bereiken
jij hebt geen eind geen begin

ik wil jouw namen prijzen
maar jouw namen zijn ons niet bekend
ik denk aan jou in mijn ziel
jij draagt elke gedachte

kan ik jou ooit bereiken

ik wil je aanbidden met beide handen
maar jij bent te groot,
alles is vol van je
ik zou je verwennen maar alles behoort je reeds toe

kan ik jou ooit bereiken

ik wil je met eigen ogen zien

jij hebt geen zichtbare vorm
God op de berg, jij bestaat in dit alles
alles dat ik zeggen kan is:

ik ben van U

kan ik jou ooit bereiken

Tempeldichten uit Tirupati (Zuid India), door Annamayya (vertaald/bewerkt door Annewieke Vroom, naar het Engels van Rao en Schulman)