“Eigenlijk geloof ik niets”…maar wat dan wel?
Met deze ietwat ontsporende zin luiden we een serie in rond het onderwerp ‘geloven’. Een levensthema dat altijd nieuwe wegen zoekt, de oude antwoorden voorbij, maar dat ook tot veel misverstanden leidt. Het is in onze samenleving zowel buiten de Dominicus als soms ook erbinnen steeds gewoner te zeggen niet te geloven. ’Ik geloof niet’ is een gangbare plaatsbepaling geworden, maar hoe zit dat eigenlijk? We geloven toch allemaal wel iets, mag je hopen, en het zou droevig met ons gesteld zijn als we ons in dit opzicht alleen maar blijven afzetten tegen wat achter ons ligt. Bovendien houden velen zich ook in onze tijd gelukkig bezig met vragen naar zingeving en verdieping. We kunnen niet zonder. Daar horen vragen bij en twijfel over wat we hopen en verlangen mogen. En ook vertrouwen, zonder garanties of zekerheid.

Onze jubileumviering in 2015 over ‘’Taal die beweegt’’ liet ons zien hoe woorden soms in de weg kunnen zitten. De vraag was : ‘Moeten we onze taal over geloven misschien veranderen?’. Zou het helpen bruggen te slaan tussen hen die zeggen wel te geloven en hen die zeggen dat niet te doen : zou het helpen als we de dingen anders zouden zeggen ? Het is jammer als geloven een ‘óf-óf’ kwestie wordt : Je gelooft of je gelooft niet. Maar het lijkt er ook op dat wie zeggen ongelovig te zijn zich tegen dezelfde gestolde voorstellingen keren als wij die graag zeggen wel te geloven. Hebben beide partijen niet veel meer gemeen dan we denken?
Misschien wordt het tijd voor woorden als ‘geloof’ en ‘geloven’ een nieuwe ruimte te zoeken : nieuwe manieren om erover te praten, waardoor we het tweespalt ‘óf-óf’ achter ons kunnen laten. Hoe zullen nieuwe generaties spreken over geloven ? Dat is een mooie vraag. Die gaat over wat het wezen van traditie is: doorgeven in nieuwe verpakkingen, in nieuwe tijden. Een belangrijke vraag ook die raakt aan ons hopen, onze roeping, aan het waarom van ons op aarde zijn, het geheim van het leven, het nog-niet. Die vraag gaat over de mogelijkheden die de toekomst in zich bergt, iedere nieuwe dag en voor ieder mens. Wie we zijn en worden mogen, waar we aan werken kunnen en vooral ook: wat ons zonder dat we erop uit waren gegeven wordt.
Misschien begint geloven dichterbij huis dan we soms geneigd zijn te denken. In het evangelie worden we uitgenodigd als kinderen te worden. Onbevangen het leven tegemoet te treden. Misschien begint geloven wel bij de vraag te geloven in de mens die je zelf bent. En dan in een ander, en dan in nog een ander. Allemaal vormen van geloven die volgens onze traditie ook veel te maken hebben met geloven in God, misschien zelfs zonder dat die God ter sprake komt.
Zondag 3 okt: Geloven in een nieuwe wereld
Lezing Mattheus 6: 19-34 en Babs Gons: ‘Handen in onze rug’
Overweging door Manuela Kalsky
Er is ons in de bijbel een rijk van vrede en gerechtigheid beloofd – het Koninkrijk God’s. Wordt het nog wat met dat Koninkrijk, vroeg Gerard Reve zich al in 1965 in een van zijn gedichten af. Hoe staat het nu met ons geloof erin? Met de klimaatcrisis en een tijdperk van pandemieën voor de boeg lijkt het goede leven op onze planeet verder weg dan ooit. Of toch niet? Een jonge generatie gaat voor verandering en zoekt naar nieuwe wegen in ‘sámen leven’. Kunnen religieuze wijsheidsteksten daarbij helpen, of eerder spoken word artiesten?
Zondag 10 okt: Geloven in jezelf
Lezing: Genesis 3: 6 -11
Overweging door Colet van der Ven
Geloven in jezelf, heb je daar zomaar zeggenschap over, ingeweven in en bepaald door relaties als we zijn vanaf onze geboorte? Moet er niet eerst in ons geloofd zijn voordat we kunnen geloven in onszelf? Van ons gehouden zijn voordat we kunnen houden van onszelf? En wat als dat niet gebeurd is?
Zondag 17 okt: Geloven in een ander/Ander
Lezing: Marcus 10: 32-45
Overweging door Arjan Broers
Je moet geloven in jezelf! Dat zegt het evangelie van de doorzetters en de individualisten. Maar dat is alleen goed nieuws voor een enkeling. De meesten van ons hebben het geloof van anderen nodig om tot bloei te komen. Dat geloof in een ander / de Ander heeft niets te maken met het streven naar beheersing en perfectie. We lopen hoe dan ook butsen en builen op aan elkaar, en erger. Geloof is: erop vertrouwen dat er al iets goeds aan de gang is, en dat je daaraan mee kunt doen. Met liefde kijk je toekomst tevoorschijn, ook al is die ongewis.
Ik deze dienst wordt Arjan Broers ingezegend als nieuwe pastor van de Dominicusgemeente
Zondag 24 okt: Geloven in verandering, doorgeven, traditie
Lezing: Johannes 4: 4-26
Voorganger: Henk Hillenaar
Het laatste gebed van Jezus van Nazareth, de avond voor zijn dood, was een gebed om eenheid tussen alle mensen van deze wereld. Hij kon twintig eeuwen geleden niet weten hoe de wereld er nu uit zou zien, zoals wij niet weten naar welk totaal andere wereld onze moderne tijd op weg is. Maar de groeiende noodzaak van eenheid onder de volkeren – niet in geloof en cultuur, wel in betrokkenheid en samenwerking – is waarschijnlijk de grootste opgave van onze tijd. In dat streven kunnen juist de verschillende geloofstradities het voortouw nemen.
Zondag 31 oktober Allerzielen: Geloven in het licht van de eindigheid.
Overweging door Agnes Grond
Hemel en hel zijn uit. Dat betekent misschien veel minder angst, maar ook minder troost. Hoe verzoenen we ons nu met het verlies van dierbaren en met onze eigen eindigheid? Waar vinden we troost in ons stervensuur? Wacht er dan nergens een beloning voor het goede dat we deden en worden nergens de grove onrechtvaardigheden van het leven rechtgetrokken? Zou het besef dat je de wereld een beetje beter hebt achtergelaten voldoende zijn om je sterven te aanvaarden? Maar hoe weet je dat dat zo is? Geloven in het licht van de eindigheid zal vooral vertrouwen betekenen. Maar hoe leer je dat? En vertrouwen waarin precies? Dat het goed komt? Of dat een mens er in al zijn kwetsbaarheid mag zijn en dat hij, zij en jij gedragen worden? En door wie dan? Een zoektocht.
Zondag 7 november: Geloven door elkaar
Lezing: Johannes 1: 35-51
Overweging door Germain Creyghton
Hoe zouden we kunnen geloven zonder de inspiratie van iemand die ons voorgaat, die ons met enthousiasme daartoe uitnodigt of ons onbewuste stootjes geeft in die richting? Heeft niet ieder mens die (hoe dan ook) gelooft een vader of moeder, een leraar, een vriend of een geliefde nodig gehad om zelf tot ‘geloven’ te kunnen komen? In het begin van het Johannesevangelie komen Jezus’ leerlingen als in een kettingreactie, ieder op zijn eigen manier, tot een ‘getuigenis’ van hun geloof. Op een of andere manier voelden zij in hem en in elkaar een aanstoot tot ‘geloven’. Maar hoe is dat voor ons en voor kinderen en jongeren in onze overhaaste samenleving, die nauwelijks meer van die aanstootgevers tegenkomen?
Zondag 14 november – Wat verandert en wat blijft
Overweging door Juut Meijer
Vanaf onze vroege kindertijd zijn we in beweging. We krijgen van alles mee. Waarden, normen en omgangsvormen. Kennis, vaardigheden en interesses. Familietrekjes worden doorgegeven, hoe het hoort, angst en plezier. En gaandeweg ontwikkelen we iets eigens, nemen het ene mee, terwijl we ons tegen het andere verzetten. Vooral religie moet het vaak ontgelden. Toch beleven velen ook een herijking, die soms niet eens zo ver verwijderd is van wat vroeger was. Zo bestaat ons hele leven uit verandering, afscheid nemen zelfs, maar ook uit wat blijft. In deze dienst neemt Juut Meijer afscheid als pastor van de Dominicus
Zondag 21 november: Geloven in grote verhalen
Overweging door Alle van Steenis
Het is niet niets. Al die verhalen uit de traditie. De bijbel staat vol met geloofsverhalen. Maar er zijn ook historische verhalen. Hoe maak je dat onderscheid? Wil je dat onderscheid kunnen maken? Er zijn ook verhalen die “niet te geloven zijn”. Zo rijk aan mythisch denken dat het soms moeilijk is deze verhalen te duiden en betekenis te geven. Toch willen we aan het eind van deze serie deze zoektocht aan. Wellicht lukt het een verbinding te maken met onze eigen levensverhalen. Omdat het uiteindelijk altijd om mensen gaat.
Volg ons op