impressie van een bijeenkomst op 27 mei 2015
Door Carla van der Heijden
Mirjam Wolthuis opende de avond met het stellen van enkele vragen: wat heeft de conferentie ons geboden? Wat beklijft en werkt door, en waar kunnen we iets mee? Zijn er universele verlangens waar we bij kunnen aansluiten en is dat nu zo anders dan vroeger?
De lezingen van de conferentie werden door inleiders in het geheugen terug gehaald en door de 25 aanwezigen bediscussieerd. Aan het einde van de avond werd de balans opgemaakt.
Juut Meijer hield tijdens de conferentie een inleiding waarin ze twee vragen stelde waar alle sprekers op hun eigen manier op ingingen: kun je je aan vernieuwing ook vertillen of de essentie verliezen? En hoe vinden we taal en woorden die richting geven aan mensen van nu?
De vier lezingen legden een eigen accent en vulden elkaar aan. Ad de Keyzer en Ger Groot, die ieder een geschiedenis hebben met de Dominicus, spraken vanuit een liturgisch kerkelijk geheel. Terwijl de twee vrouwen, Marjolijn van Heemstra en Janneke Stegeman, iets heel anders deden en meer van buiten af keken. Maar allemaal zeiden ze iets wat van belang is voor de toekomst.
In de discussie kwam naar voren dat het woord ruimte belangrijk is en in alle vier de lezingen voor kwam. Ruimte waarin taal wordt gebruikt die het gelaat van God probeert te benaderen en ook troost biedt en hoop geeft. Gewezen werd ook op het belang van herhaling, van het polijsten door herhaling, zodat het gaat resoneren en inslijpt.
We zouden meer ruimte willen scheppen voor creativiteit, voor theater, toneel, poëzie, dans. In de zomerdiensten zijn we daar al mee bezig en dat zou verder uitgewerkt kunnen worden. De inhoud wordt dierbaar gevonden, wat dat betreft lijkt een doorgaande lijn goed. We zijn een gemeenschap waarin veel verschillende mensen samen komen, die verschillende wensen en ook gevoeligheden hebben. Maar dat verhinderde niet dat er al heel veel veranderd is in de afgelopen 50 jaar.
Om op adem te komen en adem te krijgen zijn diverse talen nodig, en ook stilte. Naast taal met-beide-benen-op-de-grond, die vooral voor de overweging geschikt gevonden wordt, mag er ook mysterieuze taal zijn, waarbij niet alles helder en duidelijk hoeft te zijn. De verschillende onderdelen van de liturgie hebben hun eigen kleur en taal.
Daarbij hebben we soms balsem nodig, maar een andere keer kan een ongemakkelijk gevoel goed zijn. Dat het niet af is moeten we niet toedekken, maar juist laten schuren, uitdagen en confronteren. Juut besloot met de constatering dat niemand zei: ‘ga maar weg van dat oude’. Ze zei dat liturgie over geheimen gaat die we niet te pakken kunnen krijgen en dat het de taal en de stem van het volk is, van mensen door de eeuwen heen. Ad de Keyzer had het over aangereikt krijgen. Daarbij is het ook belangrijk dat je eigen stem gehoord wordt. Liturgie gaat over menselijke ervaringen en daarbij zijn schurende en geheimvolle oude verhalen nodig. Wij creëren een gemeenschap met elkaar en ook met mensen van alle tijden.
Een uitgebreider verslag van deze avond zal te lezen zijn in het septembernummer van de Dominicuskrant
Carla van der Heijden is geestelijk verzorger, ritueel begeleider en mediator zie ook: www.verhaalenrite.nl
Volg ons op